HerinneRing tractor - 11 april 2006
De nieuwe Jol inspireert
Nog maar nauwelijks uit of de eerste reacties op de Jol komen al weer binnen. Dit maal van een voormalig melkrijder, die inmiddels elders woont. Hij kon in 1965 zijn loon verbeteren van Fl 35 per week, als assistent vertegenwoordiger bij Hille, de beschuitfabriek te Zaandam, naar Fl 125 p/w bij Loonbedrijf S Kat uit Westzaan, toentertijd blijkbaar zorgend voor het ophalen van de melk bij de Oostzaanse boeren. In een stoomcursus uit de categorie "drie rondjes om de kerk" werden hem de fijne kneepjes van het tractorrijden uitgelegd, nog even een proefritje en jawel, hij kon aan de slag. We laten hem even zelf aan het woord:
Melkrijder in de dop
Het was midden in de zomer en eindelijk kon ik ’s maandags om zes uur ’s morgens beginnen. Volgens afspraak stond ik al om kwart voor zes met mijn overall en laarzen vooraan in de straat waar ik woonde. Ik wilde de eerste dag niet te laat komen. Rond zes uur kwam Arjan aanrijden en ik nam plaats naast hem boven het grote achterwiel waar een zitbank gemaakt was.
Met melkbussen zwaaien was wel zwaar, maar ik vond dat leuk werk. Terwijl Arjan ze met één hand erop zwaaide, mocht ik het ook proberen. Puffend en zwetend tilde ik met moeite en met twee handen de melkbus op en zette deze op de kar. Het is een bepaalde gooi en snelheid en heeft niet veel met kracht te maken.
Na twee dagen meegereden te hebben, mocht ik ook een stukje rijden met aanhangwagen in het gebied ‘t Twiske, "De Rimboe" in de volksmond genoemd. In het Zuidelijke gedeelte waren ook boeren, die een paar bunder weiland gepacht hadden. Het Noordelijke gebied was één woest verwilderd natuurgebied met daar doorheen stromend het riviertje ‘t Twiske. Dit was een spannend moment voor mij, want het valt niet mee als je nooit een tractor gereden hebt. Ook viel het voor mij niet mee om elke dag om half zes op te staan en om zes uur al te gaan rijden, de tractor stond altijd voor de deur geparkeerd waar ik woonde. Na veertien dagen ingewerkt te zijn, moest ik het alleen doen en was Arjan, wiens werk ik had overgenomen, op weg naar Australië, een nieuwe toekomst tegemoet.
Nog maar nauwelijks uit of de eerste reacties op de Jol komen al weer binnen. Dit maal van een voormalig melkrijder, die inmiddels elders woont. Hij kon in 1965 zijn loon verbeteren van Fl 35 per week, als assistent vertegenwoordiger bij Hille, de beschuitfabriek te Zaandam, naar Fl 125 p/w bij Loonbedrijf S Kat uit Westzaan, toentertijd blijkbaar zorgend voor het ophalen van de melk bij de Oostzaanse boeren. In een stoomcursus uit de categorie "drie rondjes om de kerk" werden hem de fijne kneepjes van het tractorrijden uitgelegd, nog even een proefritje en jawel, hij kon aan de slag. We laten hem even zelf aan het woord:
Melkrijder in de dop
Het was midden in de zomer en eindelijk kon ik ’s maandags om zes uur ’s morgens beginnen. Volgens afspraak stond ik al om kwart voor zes met mijn overall en laarzen vooraan in de straat waar ik woonde. Ik wilde de eerste dag niet te laat komen. Rond zes uur kwam Arjan aanrijden en ik nam plaats naast hem boven het grote achterwiel waar een zitbank gemaakt was.
Met melkbussen zwaaien was wel zwaar, maar ik vond dat leuk werk. Terwijl Arjan ze met één hand erop zwaaide, mocht ik het ook proberen. Puffend en zwetend tilde ik met moeite en met twee handen de melkbus op en zette deze op de kar. Het is een bepaalde gooi en snelheid en heeft niet veel met kracht te maken.
Na twee dagen meegereden te hebben, mocht ik ook een stukje rijden met aanhangwagen in het gebied ‘t Twiske, "De Rimboe" in de volksmond genoemd. In het Zuidelijke gedeelte waren ook boeren, die een paar bunder weiland gepacht hadden. Het Noordelijke gebied was één woest verwilderd natuurgebied met daar doorheen stromend het riviertje ‘t Twiske. Dit was een spannend moment voor mij, want het valt niet mee als je nooit een tractor gereden hebt. Ook viel het voor mij niet mee om elke dag om half zes op te staan en om zes uur al te gaan rijden, de tractor stond altijd voor de deur geparkeerd waar ik woonde. Na veertien dagen ingewerkt te zijn, moest ik het alleen doen en was Arjan, wiens werk ik had overgenomen, op weg naar Australië, een nieuwe toekomst tegemoet.
<< Homepage